Spelenderwijs oefenen, Uitgaan van de mogelijkheden en de interesse van het kind
De praktijk heeft voor behandeling een ruime oefenruimte waar patiënten hun fysieke mogelijkheden verder kunnen uitbouwen. Het primaire uitgangspunt voor de fysiotherapeut is het bewegend functioneren. Hij legt vast wat er wel en niet mogelijk is op dit gebeid en hoe de bewegingen plaatsvinden. Dit om te kunnen analyseren waarom de patiënt juist op deze manier beweegt. In de analyse zoekt de fysiotherapeut naar beïnvloedbare factoren, die de basis vormen voor het behandelplan. Een belangrijk onderdeel van de behandeling is functioneel oefenen en spelenderwijs oefenen. Als onderdeel van de behandeling doet u thuis zelfstandig oefeningen. Deze worden toegespitst op uw situatie en mogelijkheden. Het gaat erom dat u zich bewust wordt wat de beste manier van bewegen is. Alle oefeningen zijn goed, en, je kan alle oefeningen fout uitvoeren, het gaat om de uitvoering zodat de juiste spiergroepen worden geoefend.
Speerpunten
Balans tussen belasting en belastbaarheid: rust roest en overdaad schaadt. Een juiste balans tussen belasting en rust geeft de grootste kans op geleidelijke verbetering van de klachten en verbetering van de belastbaarheid. Relatieve rust, met andere woorden een aanpassing van de belasting (zo nodig) ondersteund door hulpmiddel.Intensief oefenprogramma: dit is effectief in het laten afnemen van de klachten maar heeft ook een beschermende (preventieve) werking. Door het verbeteren van beweeglijkheid, stabiliteit en coördinatie, neemt de kans op nieuwe klachten af. Door een gericht trainingsprogramma wordt de belastbaarheid van het betreffende gewricht weer opgebouwd. Bewustwording van coördinatie: controle over de bewegingen zijn de spil in behandeling en preventie. Door een verbeterde samenwerking en gebruik van de spieren (coördinatie en techniek) voorkomt en verhelpt blessures die vaak voortkomen uit onderontwikkelde en niet samenwerkende spieren.